In deze les van Ustadh Tasneem Sadiq staat de Qoran centraal. Wat is de wijsheid achter de geleidelijke openbaring van de Qoran? Er zijn zeven wijsheden hierachter: 1) situationeel, 2) de tekst zelf, 3) medicijn voor spirituele ziekten en gebreken, 4) collectieve groei, 5) een constante groei naar het intense verlangen naar God, 6) de persoon van de Profeet ﷺ en 7) aanleren van respect jegens de Profeet ﷺ.
Eerste: situationeel
Elke verandering van een levensstijl gaat geleidelijk. Als het onder dwang gebeurt, is het niet bestendig voor een langere tijd. Zo zien we dat de Qoran geleidelijk is geopenbaard. Een voorbeeld hiervan is het verbod op alcohol dat in drie fasen is gegaan:
- Surah Baqara: alcohol heeft voordelen, maar de nadelen zijn groter dan de voordelen.
Deze vers werd onder andere geopenbaard zodat men kon nadenken over alcohol. Dit gebeurde en men (vooral jongeren) begon genoegdoening uit het gebed te halen (en steeds minder uit alcohol). - Oh jullie die geloven (die spirituele genoegdoening halen uit het gebed) wees niet in een staat van dronkenheid op het moment dat jullie het gebed gaan bidden.
Het nuttigen van alcohol is verboden vóór het gebed. Men begon rekening te houden met de gebedstijden en af te kicken omdat ze niet meer konden drinken voor het gebed. - Surah Ma’idah: dit concept van geleidelijkheid zie je heel veel terug komen in de Shari’a. De les voor ons is dat veranderingen die plots gebeuren meestal niet langdurig zijn. Veranderingen die stap voor stap, beetje bij beetje gaan, die zijn blijvend!
Net als iemand die net moslim wordt. Van hem wordt verwacht dat hij direct alles gaat doen (gebed, nachtgebeden, Quran etc). Daarom zien we vaak een terugval een half jaar of jaar. Daarna ontdekt hij weer de methode van geleidelijkheid. Dit is ook belangrijk voor je spirituele ontwikkeling: langzaam aan. Alles komt niet in één keer. Langzaamaan zul je merken dat je een bepaalde reis aan het afleggen bent.
Hadith (vrij vertaald):
Allah houdt van die daden die klein zijn maar regelmatig gedaan worden.
Eén keer een grote daad en dan drie jaar niks, daar heb je niks aan! De openbaring is situationeel, naar aanleiding van gebeurtenissen. Dat is beter dan een volledig boek te hebben en achteraf opzoeken wat de les is en hoe je daarmee om moet gaan. Dit gaf de Profeet ﷺ ook de gelegenheid om de metgezellen op te voeden (in karakter).
Tweede: de tekst zelf
De geleidelijke openbaring van de Qoran faciliteerde het memoriseren, praktiseren en internaliseren. Er waren slechts 17 mensen in Mekka die konden lezen en schrijven (van de paar honderdduizend mensen). De Profeet ﷺ gaf hen de opdracht om de openbaring op te schrijven op allerlei materialen. Degene die niet konden schrijven, leerden het uit hun hoofd.
De volgorde van openbaring is een andere volgorde dan het opschrijven. De Profeet ﷺ vertelde exact waar een bepaald Vers geplaatst diende te worden. Één van de belangrijkste manieren waarop wij teksten kunnen onthouden, is interactie met de tekst. Pen en papier bij de hand, aantekening maken, voor jezelf een samenvatting per hoofdstuk, onderstrepen, pijlen tekenen en verbanden leggen, dit is interactie met de tekst. Deze interactie is meer van toepassing op andere teksten dan de Qoran, omdat het niet gepast is om te schrijven in de Qoran.
De les voor ons is dat passief informatie onthouden niet voldoende is om kennis op te doen, het is juist actief omgaan met de tekst. Schrijven, samenvatten, verbanden leggen en vragen stellen.
Dit zijn de eerste twee wijsheden van de volgorde van de openbaring van de Quran: verander management (situationeel) en onderwijskundig (de tekst zelf).
Derde: medicijn voor spirituele ziekten en gebreken (in persoonlijk of collectieve leven)
De Quran is een spiritueel medicijn. Een arts begint medicatie met een lage dosering van een licht medicijn en dat wordt steeds opgehoogd. In klassieke geneeswijzen zoals die van Avicenna is voeding ook een belangrijkemedicijn.
Een bepaalde Vers was het medicijn om te groeien en als iemand op een spiritueel plateau was, dan kon er weer een nieuw Quranvers komen. Hierdoor is continue maar geleidelijke groei mogelijk.
Qoran lezen in het drukke leven
Mensen die de Quran in deze tijd lezen op die manier, leren elke keer nieuwe lessen uit dezelfde Quranteksten. De Quran is niet veranderd, maar jouw spirituele staat is veranderd. Dat maakt dat je de andere voordelen van dat medicijn kunt benutten. Maak altijd tijd vrij voor de Quran, ook als is het maar één Vers per dag. Lees het en sta erbij stil: wat wil Allah mij op dit moment bijbrengen? Welke les zit er op dit moment voor mij persoonlijk in? Hiermee ben je dus niet bezig met de formele tafsir (interpreteren van de Quran).
Vierde: collectieve groei
Je kan je voorstellen dat de jonge generatie van metgezellen van alles meemaakten.
- Mekka: heel veel tegenslag
- Madina: conflicten en oorlogen
De moslims zijn vanaf het begin af aan arm, mits vanuit het wereldse bekeken. Zij hadden de minste financiële middelen, ze waren minder in aantal en zij hadden minder wapens. Alle middelen die macht en kracht aanduiden, daar waren de moslim minder in. Het enige wat zij hadden – wat de Mekkanen niet hadden – was geloof in Allah. Elke keer als er een depressie was, kwam er een nieuwe openbaring. Dit was de basis van de slag van Badr: de moslims waren met 313 en vochten tegen een overmacht die drie keer zo groot was in aantal. De openbaringen fungeerden als een soort boost voor de moslims. Dit element vind je met name terug in de veldslagen in de Medinese periode, maar ook in de Mekkaanse periode. De moslims hadden een absoluut vertrouwen in de belofte van Allah. Dit vertrouwen werd steeds aangewakkerd en bestendigd middels de openbaringen.
Vijfde: geleidelijke openbaring, een constante groei naar het intense verlangen naar God
Hiermee werd de spirituele honger gestild. Elke keer als er een openbaring kwam, was het weer een bevestiging dat Allah achter hen stond.
Zesde: de persoon van de Profeet ﷺ
Niet alleen de metgezellen maakten emotionele pieken en dalen mee, maar ook de Profeet ﷺ. Zijn emoties waren vooral gekoppeld aan de acceptatie van zijn boodschap. Als men het niet accepteerde en zich tegen hem keerde, was dat een bron van verdriet voor hem. De geleidelijke openbaring diende ook als verzachting van de pijn en het verdriet van de Profeet ﷺ.
Surah 15:97 “Wij zijn welingelicht, dat uw hart zich samenstrekt over hetgeen wat zij tegen u zeggen”.
Surah 50:39 “Wees geduldig met wat zij zeggen en prijst u de prijzingen van uw Heer”.
Toen de Profeet ﷺ werd verjaagd en bestenigd in Ta’if, werden deze verzen geopenbaard:
Surah 31-17 “Het verdriet wat u heeft geraakt, weest u daar geduldig voor, dat behoort tot de grootste daden”.
Toen de Profeet ﷺ gewond raakte tot bloedens toe kwam de openbaring:
Surah 52:48 “Wacht u maar geduldig op het bevel van uw Heer, want u bent constant voor Onze Ogen”.
De Profeet ﷺ bracht nachtenlang door in gebed, vergiffenis vragend voor zijn gemeenschap. In de Hadith komen we zelfs tegen dat hij zoveel in gebed stond in de nacht (voor ons) dat zijn enkels waren opgezwollen:
Surah 20:2 “Wij hebben de Qoran niet geopenbaard opdat u uzelf in problemen brengt”.
Sterker nog..
“Maakt u zich maar geen zorgen, u Heer zal u spoedig schenken waar u tevreden mee zult zijn”.
De openbaring is dus ook gelinkt aan de emotie van de Profeet ﷺ. Zo kun je de Quran ook lezen! Daarom zeggen de geleerden dat de Qoran niks anders is dan een liefdesverklaring van Allah naar Zijn Profeet ﷺ.
Surah 25:32 “Waarom is de Quran niet in één keer geopenbaard? Zeg hen, dat is opdat Wij u hart zouden verstevigen”.
Zevende: aanleren van respect richting de Profeet ﷺ
De Engel Djibril kwam soms in de vorm van een mens naar de Profeet ﷺ. De meest bekende overlevering is ‘Hadith Djibril’. Hier zitten een aantal lessen in wat de metgezellen heeft geleerd hoe zij dienden om te gaan met de Profeet ﷺ. Djibril kwam vaak in de gedaante van Dihya al-Kalbi, een metgezel die heel knap was. Er zijn meer dan zes en een half duizend Verzen in de Quran. Als we er vanuit gaan dat er per openbaring zes Verzen werden geopenbaard, dan zou de Engel Djibril ruim 1000 keer langs geweest zijn bij de Profeet ﷺ. Uit verschillende overlevering in de Hadith en tafsir vinden we zelfs dat Djibril ruim 24.000 maal is geweest bij de Profeet ﷺ.
In de eerste drie jaar (van de 23 jaar aan openbaringen) werd de Islam in verborgenheid gepraktiseerd. Gebeden en bijeenkomsten werden heimelijk gehouden, zoals in het huis genaamd ‘Dar al-Arqam’. Een belangrijke vraag is waarom dit zo is gedaan. Een belangrijke reden hiervoor is dat de Profeet ﷺ niet wilde dat de gevestigde orde en de nieuwe metgezellen in conflict zouden raken. In die eerste drie jaar waren er metgezellen die sterk in hun iman waren. Een aantal van hen: Khadija, Abu Bakr, Ali, Zayd bin Haritha, Afif Koenbi, Khalid bin Sa’ied, Ja’far Tayyaar, Abd al-Rahman bin Awf en Sa’d ibn Abi Waqqas (ra).
Khadija was de rijkste vrouw in Mekka, maar ze behoorde ook tot de meest rijke personen van het schiereiland. Zij heeft de Profeet ﷺ bijgestaan voor een periode van langer dan vijftien jaar. Er is discussie onder de geleerden over wie een hogere status heeft: Khadija of A’isha. De meerderheid is van mening dat Khadija hoger in status is, omdat zij zoveel voor de Profeet ﷺ heeft betekend. A’isha zit natuurlijk erg hoog op haar niveau.
Abu Bakr is de beste vriend van de Profeet ﷺ. Wat bijzonder is aan hem is dat zijn persoonlijkheid erg overeenkomt met die van de Profeet ﷺ. Hij was één van de rijkste personen van de Quraysh en werd internationaal gerespecteerd. De Profeet ﷺ zei: Iedereen die in deze wereld iets voor mij heeft gedaan heb ik terugbetaald, behalve Abu Bakr. Hasan al Basri leverde over dat een man kwam bij Ali en zei: u heeft een hoge status, want u bent één van de eerste die moslim werd. Waarom hebben de emigranten en Ansaar hem (Abu Bakr) gekozen als leider? Ali zei: hij is beter in vier zaken; de eerste die moslim werd zonder vragen te stellen, hij deed de hijra alleen met de Profeet ﷺ (met de bekende woorden die Allah heeft vereeuwigd in de Qoran – Vrees niet, Allah is met ons’), hij verbleef samen in de grot Thawr en hij deed als eerst zijn gebeden in het openbaar. Ali was 10 jaar oud, het eerste kind dat de Islam accepteerde. Zayd ibn Haritha werd door Khadija cadeau gegeven aan de Profeet ﷺ. Hij werd als kind (per ongeluk) als slaaf verkocht. De neef van Khadija kocht slaven op. Toen de Profeet ﷺ zijn mooi karakter opmerkte vroeg hij ﷺ Khadija om hem. Hij groeide op in het huis van de Profeet ﷺ. Zijn vader en broer kwamen er jaren later achter waar Zayd was en al vragend kwamen zij aan in Mekka, bij de Profeet ﷺ. Zij vroegen de Profeet ﷺ hun zoon terug te geven en zij waren zelfs bereid om hem terug te kopen. De Profeet ﷺ stelde voor om Zayd te roepen en hem te vragen wat hij zelf wilde. De Profeet ﷺ zei: ‘ik ben niet iemand die losgeld vraagt ten behoeve van iemand die mij tot zijn geliefde heeft gemaakt’. De Profeet ﷺ vroeg hem of hij hen kende. Zayd zei: ‘ja’. Zayd verklaarde dat hij bij de Profeet ﷺ wilde blijven. De vader en broer konden zich dit haast niet voorstellen. Zonder enig woord liep de Profeet ﷺ naar de Kaaba met hem. De Profeet ﷺ verklaarde bij de Kaaba dat Zayd vrij was, geadopteerd werd door hem en deelgenoot was in de erfenis van de Profeet ﷺ. Vanaf dat moment stond Zayd bekend als ‘Zayd ibn Mohammed’ (Zayd de zoon van Mohammed). Maar Allah heeft later het oordeel gegeven dat adopteren met achternaam niet mag. Zayd kreeg zijn oude achternaam terug met alle verdriet die hij daarbij had. In ruil daarvoor is hij de énige sahabi die in de Quran bij naam wordt genoemd.
Afif Koenbi was een rijke handelaar en hij zag een man met een kind het gebed verrichten. Abu Talib werd gevraagd wie het waren en hij zei mijn neef die een nieuwe religie heeft en zichzelf als Profeet ﷺ benoemd.
Khalid ibn Za’id zag in een droom dat zijn vader hem richting een heel groot vuur bracht. Toen zag hij Mohammed ibn Abdullah ﷺ die hem weghaalde van het vuur. Toen ging hij naar Abu Bakr voor de interpretatie van de droom.
Ja’far Tayyar was broer van Ali en was erg geliefd bij Ali. En de andere namen zijn welbekende metgezellen.
De drie belangrijkste personen die de islam in de eerste jaren in het openbaar verkondigden waren:
- Abu Bakr die daardoor bewusteloos werd geslagen en het eerste wat hij zei toen hij bijkwam was: ‘Hoe gaat het met Mohammed ﷺ?’
- Abu Dhar al-Ghiffari die weigerde om de Islam in het geheim te belijden. Hij werd geslagen en de meute stond op het punt om hem te vermoorden. Abu Talib zei toen: “Pas op! Jullie hebben zijn stam nodig om langs te komen tijdens handelsreizen”. Abu Dhar al-Ghiffari kwam ermee weg maar de volgende dag gebeurde exact hetzelfde.
- Abdullah ibn Mas’ud die een dunne man was met veel moed. Hij is de meest belangrijke bron van de Hanafi wetschool.
Toen de Profeet ﷺ naar Ta’if ging, weigerden de mensen naar hem te luisteren. Toen sprak de Profeet ﷺ de historische woorden: “Ik ben niet gezonden om te wreken (om geweld te gebruiken), maar ik ben gezonden als een genade. Het kan best eens zo zijn dat hun nakomelingen (van die ongelovigen in Ta’if) de Islam accepteren”. De geschiedenis heeft de Profeet ﷺ gelijk gegeven. Hun reactie was echter wat hem verdriet heeft bezorgd.
Toen hij – na de reis naar Ta’if- het gebed in ging en de Qoran ging reciteren, reisden een groep Djins langs. Zij luisterden naar de Qoran. Allah zegt in surat al-Ahqaf vers 29: ‘Weet u nog, het moment dat wij de aandacht van een groep van Djins lieten vestigen op u, toen zij de Quran die u reciteerde aanhoorden’. De Djins vroegen: wat is dit? De Profeet ﷺ antwoordde dat het de Qoran was. Het waren Djins die volgers waren van Musa (as). Onder de Djins waren er ook moslims en niet-moslims net zoals de mensen. Door de inzet van die groep Djins werden de Djins in grote getale moslim.
De Satanische djins verstopten zich in bergtoppen of in lichamen van geslachte dieren, om de mensen toe te spreken met poëzie om mensen op te stoken tegen de moslims. Mus’ir was een kafir djin die in beelden verstopte en sprak tegen mensen.
Moslims Djins hebben ook een rol gespeeld in het overdragen van Hadith aan de moslims. Deze worden verder niet gebruikt in Shari’a, maar ze worden voor de zegeningen overgeleverd. Eén van deze overleveringen is de welbekende Hadith ‘al-musalsal bil musafaha’:
‘Diegene die ik een hand geef tot aan vier – en in een andere overlevering zeven generaties of tot de dag des oordeels – voor hem is het verplicht dat ik mijn shafa’ah voor hem verricht op de Dag des Oordeels”. De eerste persoon was een Djin die 800 jaar heeft geleefd. Zijn naam is Shamhurash Qadi al-Djin en zijn biografie wordt beschreven door onze geleerden. Vanaf hem gaat de keten verder tot onze tijd:
Shaykh al Quhayri, Shaykh Mustafa (mashoer bi l ma’a al-aynayn) al-maghribi, Shaykh Muhammad al Aarabi bin Muhammad al Azoezi al-Faasi, Shaykh Muhammad bin Usayraan (d.2005) en door naar de geleerden in deze tijd.
Nogmaals dit is een hadith voor de baraka en dit wordt niet gebruikt als juridische bron voor de Islamitische wetgeving.