Meteen naar de inhoud
Home » Sahih Bibliotheek » De Profeet ﷺ en de geleerden die de Imam Abu al-Hassan al-Ash’ari prijzen

De Profeet ﷺ en de geleerden die de Imam Abu al-Hassan al-Ash’ari prijzen

﷽ 

Weinig mensen weten dat de Profeet ﷺ al heeft verwezen naar Imam Abu al-Hassan al-Ash’ari toen hij ﷺ zijn metgezel Abu Musa al-Ash’ari prees. Het verbaast dan ook niet dat de Islamitische gemeenschap, van oost tot west, deze Imam heeft geaccepteerd in geloofsleer.

Eerder schreven we artikelen over de twee scholen in geloofsleer van de Ash’aris en de Maturidi waarmee we ons geloof beter kunnen begrijpen, onderbouwen en verdedigen. Verder toonden we aan dat vrijwel alle geleerden van de Ahl al-Sunnah deze geloofsleer hadden.

De Profeet ﷺ over de Ash’aris

De Profeet ﷺ prees de Ashari’s in talrijke overleveringen waarvan al-Qushayri zei dat ze niet alleen de taalkundige betekenis van de stam van de metgezel Abu Musa al-Ashari droegen, maar ook de extra betekenis van de volgelingen van zijn afstammeling Abu al-Hasan al-Ashari, wat de Ashari-school betekent.

Onder andere in het Qoranvers: “O jullie die geloven! Wie van jullie zich afkeert van zijn religie, weet dat Allah in zijn plaats een volk zal brengen dat Hij liefheeft en dat Hem liefheeft, nederig tegenover gelovigen, streng tegen ongelovigen, strijdend op de weg van Allah en vrezend niet de schuld van een beschuldiger. Dat is de genade van Allah die Hij geeft aan wie Hij wil. Allah is Alomvattend, Alwetend.” [1]Qoran 5:54 Toen Allah dit vers openbaarde, wees de Profeet ﷺ naar Abu Musa al-Ashari en zei: “Zij zijn het volk van die man.” [2]Overgeleverd door ‘Iyad door Ibn Abi Shayba en al-Hakim die zeiden dat het Saheeh is volgens de criteria van Imam Muslim en door al-Tabarani met een goede ketting zoals vermeld door al-Haythami.

Imam Abu al-Qasim al-Qushayri zei: “Daarom behoren de volgelingen van Abu al-Hasan al-Ashari ook tot zijn [Abu Musa’s] mensen. Want op elke plaats waar een volk is aangesloten bij een Profeet ﷺ, wat is bedoeld is de volgelingen van die Profeet ﷺ.” [3]Zoals geciteerd in al-Qurtubi’s Tafsir (vers 5:54). Dit is ook het standpunt van Ibn Asakir, al-Bayhaqi, al-Subki en anderen van de Ashari-school.[4]Zoals geciteerd in Tabyin Kadhib al-Muftari en Tabaqat al-Shafi`iyya al-Kubra (3:362-363)

Geleerden over Abu al-Hasan al-Ash’ari

Qadi ibn Farhun al-Maliki zei over hem:

كان مالكيا صنف لأهل السنة التصانيف وأقام الحجج على اثبات السنن وما نفاه أهل البدع ” ثم قال: “فأقام الحجج الواضحة عليها من الكتاب والسنة والدلائل الواضحة العقلية، ودفع شبه المعتزلة ومن بعدهم من الملحدة، وصنف في ذلك التصانيف المبسوطة التي نفع الله بها الأمة، وناظر المعتزلة وظهر عليهم، وكان أبو الحسن القابسي يثني عليه وله رسالة في ذكره لمن سأله عن مذهبه فيه أثنى عليه وأنصف، وأثنى عليه أبو محمد بن أبي زيد وغيره من أئمة المسلمين

“Hij [Abu al-Hasan al-Ash’ari] was een volgeling van de Malikitische rechtsschool[5]Een andere mening is dat de Imam de Shafi’i school volgde. en hij schreef werken voor de mensen van de Soenna en hij voerde argumenten aan voor de vestiging van de Soenna en die dingen die de mensen van innovatie weerlegden. Hij vestigde deze duidelijke argumenten en bewijzen uit de koran en profetische tradities, evenals goede rationele argumenten. Hij onderdrukte de argumenten van de Mu’tazalieten en de afvalligen na hen. Hij schreef deze uitgebreide werken waarmee God de moslims heeft geholpen; hij debatteerde met de Mu’tazalieten en overwon hen. Abu al-Hasan al-Qabisi prees hem en hij schreef zelfs een verhandeling over al-Ash’ari en zijn school waarin hij hem prees en hem recht deed. Abu Muhammad ibn Abi Zayd en anderen van de leiders van de moslims prezen hem ook.” [6]Zoals opgenomen in Ibn Farhun’s al-Dibaj al-Mudhhab fi ma’rifati a’yaan al-‘Ulema al-Madhhab

Qadi ‘Iyad de Malikitische rechter zei over hem:

صنّف [أبو الحسن الأشعري] لأهل السنة التصانيف، وأقام الحجج على إثبات السنة، وما نفاه أهل البدع من صفات الله تعالى ورؤيته وقدم كلامه وقدرته، وأمور السمع الواردة من الصراط والميزان والشفاعة والحوض وفتنة القبر التي نفت المعتزلة، وغير ذلك من مذاهب أهل السنة والحديث، فأقام الحجج الواضحة عليها من الكتاب والسنة والدلائل الواضحة العقلية، ودفع شبه المبتدعة ومن بعدهم من الملحدة والرافضة، وصنف في ذلك التصانيف المبسوطة التي نفع الله بها الأمة، وناظر المعتزلة، وكان يقصدهم بنفسه للمناظرة

“Hij compileerde de belangrijkste werken voor de Ash’ari-school en legde de bewijzen voor de soennitische islam vast en stelde de eigenschappen van God vast die de mensen van innovatie ontkenden, zoals het zien van Allah (in het Hiernamaals), de eeuwigheid van Zijn Spraak en Almacht. Tevens legde hij bewijzen vast voor de overgeleverde zaken (sam’) zoals de Brug, de Weegschaal, de Voorspraak, de Bassin van de Profeet ﷺ, de bestraffing in het graf die de Mu’tazilieten ontkenden en andere geloofspunten van de Ahl al-Soennah. Hij stelde duidelijke bewijzen vast uit de Qoran en de Soennah en duidelijke rationele verwijzingen. Hij weerlegde de misleidingen van de dwalende atheïsten en Rafidi’s.

  فلما كثرت تواليفه، وانتُفع بقوله، وظهر لأهل الحديث والفقه ذبُّه عن السنن والدين، تعلَّقَ بكتبه أهل السنة، وأخذوا عنه، ودرسوا عليه، وتفقهوا في طريقه، وكثر طلبته وأتباعه لتعلُّم تلك الطرق في الذب عن السنة، وبسط الحجج والأدلة في نصر الملة، فسُمُّوا باسمه، وتلاهم أتباعهم وطلبتهم، فعُرفوا بذلك، وإنما كانوا يُعرَفون قبل ذلك بالمثبِتة، سمة عرفتهم بها المعتزلة، إذ أثبتوا من السنة والشرع ما نفوه.

Toen zijn werken meer werden en men daar duidelijk voordeel uit haalden, hielden mensen van Soenna vast aan zijn boeken, leerden van hem en studeerden onder hem. Ze raakten vertrouwd met zijn denkrichting en deze school groeide in aantal studenten zodat ze deze manier van het verdedigen van de soenna konden leren en deze argumenten en bewijzen konden aanvoeren om het geloof de overwinning te geven.

Door dit te doen, namen deze studenten zijn naam aan evenals de volgelingen van zijn studenten, zodat ze allemaal bekend werden als Ash’aris. Oorspronkelijk stonden ze bekend als de muthbita (degenen die bevestigen), een naam die aan hen werd gegeven door de Mu’tazilieten omdat ze in de Soenna en de Shari’a bevestigden wat de Mu’tazalites ontkennen.

  فكذلك أبو الحسن، فأهل السنة من أهل المشرق والمغرب بِحُججه يحتجُّون وعلى مناهجه يذهَبون، وقد أثنى عليه غير واحد منهم، وأثنوا على مذهبه وطريقه

Daarom gebruikten de mensen van Soenna uit het Oosten en het Westen zijn (al-Ash’ari) methodologie en zijn argument werd door veel mensen geprezen.” [7]Passages uit Qadi ‘Iyad’s Tarteeb al-Madarik wa Taqreeb al-Masalik li ma’rifat A’lam Madhhab Malik

Al-Mayraqi de Maliki zei:

ولم يكن أبو الحسن أول متكلم بلسان أهل السنة، إنما جرى على سَنَن غيره، وعلى نصرة مذهبٍ معروف، فزاد المذهب حجة وبيانًا، ولم يبتدع مقالة اخترعها ولا مذهبًا انفرد به؛ ألا ترى أن مذهب أهل المدينة نُسِب إلى مالك، ومن كان على مذهب أهل المدينة يقال له: مالكي، ومالك إنما جرى على سَنَن من كان قبله، وكان كثيرَ الاتِّباع لهم، إلا أنه لما زاد المذهب بيانًا وبسطًا عُزِي إليه، كذلك أبو الحسن الأشعري لا فرق، ليس له في مذهب السلف أكثر من بسطه وشرحه، وتواليفه في نصرته

“Abu al-Hasan was niet de eerste die de theologie van de mensen van de Soennah bepleitte, maar hij bewandelde eerder een reeds vastgesteld pad en nam toe in zijn bewijzen en duidelijkheid. Hij heeft geen nieuwe functie of school uitgevonden. Is het niet duidelijk dat de [wettelijke] school van Medina beweerde de Maliki school te volgen en die van deze school zichzelf Maliki noemen. Imam Malik volgde echter eenvoudig het voorbeeld van de vrome voorouders die voor hem kwamen en hij was streng in het volgen van hen. Toen zijn school in bewijzen en duidelijkheid toenam, werd het hem toegeschreven. Dit is dezelfde situatie met de school van Abu Hasan al-Ashari. Hij deed niets anders dan de standpunten van de vrome voorouders verduidelijken en zijn boeken bezorgden hen de overwinning.” [8]al-Subki, Tabaqat al-Shafi’iyyah al-Kubra

De rechter der rechters (Qadi al-Qudaat) Taaj al-Din ‘Abd al-Wahhaab al-Subki zei:

وهؤلاء الحنفية والشافعية والمالكية وفضلاء الحنابلة في العقائد يد واحدة كلهم على رأي أهل السنة والجـماعة يدينون لله تعالى بطريق شيخ السنة أبي الحسن الأشعري رحمه الله ” ثم يقول بعد ذلك: “وبالجملة عقيدة الأشعري هي ما تضمنته عقيدة أبي جعفر الطحاوي التي تلقاها علماء المذاهب بالقبول ورضوها عقيدة

“Alle Hanafi’s, Shafi’s, Maliki’s en Hanbali’s zijn allemaal één in hun geloofsbelijdenis en volgen de weg van de Soenna op de manier die is vastgelegd door Abu al-Hasan al-Ash’ari. Kortom, de theologie van de Ash’aris bevat de geloofsleer van Abi Ja’far al-Tahawi die door de verschillende geleerden van de wetscholen met acceptatie werd ontvangen.”[9]al-Subki, Mu’een al-Ni’am wa Mubeed al-Niqam

Imam ‘Abd Allah al-‘Aydarus zegt:

اعتقادنا اعتقاد الأشعرية، ومذهبنا مذهب الشافعية على مقتضى الكتاب والسنة

Wij houden de geloofsleer aan van de Ash’aris en de wetschool van Imam al-Shaf’i volgens de Qoran en de Soenah. [10]‘Abd Allah al-‘Aydarus, al-Kibrit al-Ahmar

De grote Hanafi-jurist Ibn ‘Abidin zegt:

أهل السنة والجماعة وهم الأشاعرة والماتريدية

De Ahl al-Sunnah zijn de Ash’aris en de Maturidis”. [11]Ibn Abidin, Hashiya Radd al-Mukhtar ‘ala al-Durr al-Mukhtar

Ibn ‘Abidin zegt verder:

مما يجب اعتقاده على كل مكلف بلا تقليد لأحد، وهو ما عليه أهل السنة والجماعة؛ وهم: الأشاعرة والماتريدية، وهم متوافقون إلا في مسائل يسيرة، أرجعها بعضهم إلى الخلاف اللفظي، كما بُيِّن في محلّه

“Wat verplicht is voor ieder wettelijk gebonden individu is om (in zaken van geloofsleer) niet blindelings iemand een anders te volgen (taqlid). Dit is conform de Ahl al-Sunnah wa al-Jama’ah: dat zijn de Ashari’s en Maturidis, Zij zijn het met elkaar eens (over de geloofsleer), behalve een paar kleine punten waarvan de meeste kunnen worden teruggebracht tot een verschil in technische taal .”[12]Ibn Abidin, Hashiyah Radd al-Mukhtar ‘ala al-Durr al-Mukhtar

Voetnoten

Voetnoten
1 Qoran 5:54
2 Overgeleverd door ‘Iyad door Ibn Abi Shayba en al-Hakim die zeiden dat het Saheeh is volgens de criteria van Imam Muslim en door al-Tabarani met een goede ketting zoals vermeld door al-Haythami.
3 Zoals geciteerd in al-Qurtubi’s Tafsir (vers 5:54).
4 Zoals geciteerd in Tabyin Kadhib al-Muftari en Tabaqat al-Shafi`iyya al-Kubra (3:362-363
5 Een andere mening is dat de Imam de Shafi’i school volgde.
6 Zoals opgenomen in Ibn Farhun’s al-Dibaj al-Mudhhab fi ma’rifati a’yaan al-‘Ulema al-Madhhab
7 Passages uit Qadi ‘Iyad’s Tarteeb al-Madarik wa Taqreeb al-Masalik li ma’rifat A’lam Madhhab Malik
8 al-Subki, Tabaqat al-Shafi’iyyah al-Kubra
9 al-Subki, Mu’een al-Ni’am wa Mubeed al-Niqam
10 ‘Abd Allah al-‘Aydarus, al-Kibrit al-Ahmar
11 Ibn Abidin, Hashiya Radd al-Mukhtar ‘ala al-Durr al-Mukhtar
12 Ibn Abidin, Hashiyah Radd al-Mukhtar ‘ala al-Durr al-Mukhtar